Linked In Uw bedrijfsverzekering vernieuwen in turbulente tijden - Sedgwick

Uw bedrijfsverzekering vernieuwen in turbulente tijden

Read the English version.

In de recente economisch uitdagende tijden rond COVID-19 hadden maatregelen om de verspreiding van COVID-19 tegen te gaan een negatief effect op de omzetontwikkeling van ondernemers wereldwijd. Tijdens lockdown-periodes organiseerde de Nederlandse overheid hulp om het risico te beperken dat bedrijven massaal omvielen - het belangrijkste initiatief betrof de NOW-regelingen.

Grootschalige gevolgen voor bevoorradingsketens en wederopbouwtijden

Aan de laatste lockdown in Nederland kwam in februari 2022 een einde. Korte tijd later viel het Russische leger Oekraïne binnen. Na de invasie kreeg de Europese economie, naast de door de lockdowns al ontstane tekorten aan goederen, te maken met nog langere levertijden. Bovendien schoot de inflatie omhoog door de sterke stijging van de wereldwijde energie- en grondstoffenprijzen.

Supply chain tightness - ook bekend als tekorten aan goederen en diensten - is niet de enige zorg. Nederland kampt met een tekort aan arbeidskrachten waardoor veel sectoren onderbezet zijn. De krapte in zowel de toeleveringsketen als op de arbeidsmarkt leidt tot lange levertijden voor goederen en diensten. Voor degenen die materiële schade ondervinden, vergroot dit de periode die nodig is om verloren goederen en inventaris te vervangen. Ook de termijnen voor bouwkundig herstel nemen toe.

Specifiek voor wat betreft de herbouw van opstallen komen daar nog twee ontwikkelingen bij, namelijk:

Ontwikkeling 1

Iedereen die nieuw gaat bouwen of een grote bouwkundige schade laat herstellen is verplicht een omgevingsvergunning (voorheen bouwvergunning) aan te vragen. Het moment van de aanvraag bepaalt aan welke eisen moet worden voldaan. Een aanvraag die vandaag wordt ingediend, moet bijvoorbeeld voldoen aan de voorschriften in het Bouwbesluit zoals dat vandaag van kracht is. Vanaf 1 februari 2022 is de opdrachtgever van de bouw verplicht om bij een ingrijpende renovatie (lees: herstel van een grote bouwschade) het gebouw te voorzien van een grote hoeveelheid hernieuwbare energie. In de praktijk dwingt dit effectief tot plaatsing van zonnepanelen, een warmteboiler en/of een warmtepomp. Met name warmtepompen zijn echter nauwelijks verkrijgbaar door enerzijds de schaarste in de keten en anderzijds het massaal bestellen ervan door de sterk gestegen gasprijzen. Daardoor blijft de bouwtermijn oplopen

Ontwikkeling 2

De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 2 november 2022 geoordeeld dat de bouwvrijstelling van stikstof niet in overeenstemming is met het Europese natuurbeschermingsrecht. Hierdoor concludeert de afdeling dat deze bouwvrijstelling niet gebruikt mag worden bij bouwprojecten. Hoewel hiermee de bouwvrijstelling komt te vervallen, betekent dit niet dat er nu een totale bouwstop geldt. Net als in de situatie voor de invoering van de bouwvrijstelling moeten de mogelijke gevolgen van stikstofemissies nu per project worden onderzocht. Verwacht mag worden dat deze uitspraak vertragende gevolgen zal hebben voor de vergunningverlening.

Deze complexe ontwikkelingen zullen er - veel vaker dan voorheen - toe leiden dat de gebruikelijke verzekerde periode van 52 weken niet voldoende is om het herstel volledig af te ronden. Om ervoor te zorgen dat de bedrijfsvoering weer op gang komt, is het te overwegen om te kiezen voor een verzekerde periode van minimaal 78 tot 104 weken. Uiteraard is een bedrijfsspecifieke risico-inventarisatie noodzakelijk alvorens een beslissing te nemen.

Omzetoverwegingen post-COVID

Veel ondernemers, waaronder de horeca, liepen in 2020 en 2021 omzet mis door de lockdowns. Andere sectoren profiteerden, bekende voorbeelden zijn supermarkten en woninginrichters. Of bedrijven nu last of voordeel hadden van de lockdowns, we kunnen aannemen dat veel van hen een ongewone omzet hebben meegemaakt. Dit is van invloed op de vaststelling van het verzekerbare belang bij bedrijfsschade.

Het laatste jaar waarvoor de cijfers van een bedrijf "definitief" zijn, dient vaak als referentie voor de bepaling van het verzekerbaar belang. Als dat bepalende jaar 2020 of 2021 betreft is het belangrijk om de impact van COVID-19 op de jaaromzet te beoordelen. Een stijging of daling van de toekomstige omzet met meer dan 30% ten opzichte van het referentiejaar kan aan de orde zijn. Bij een stijging van meer dan 30% dreigt onderverzekering, bij een daling van meer dan 30% dreigt oververzekering. Een deel van de te veel betaalde premie kan niet worden teruggevorderd omdat het buiten de bandbreedte van de gebruikelijke increase-decrease clausule valt.

De inflatie kan ook van invloed zijn op de berekening van de bedrijfsschade nadat een verzekerde gebeurtenis heeft plaatsgevonden. Bijvoorbeeld:

  • Het toekomstige omzetverlies wordt gewoonlijk berekend aan de hand van de omzetontwikkeling tot aan de schadedatum; onder de huidige omstandigheden is het echter twijfelachtiger dan ooit hoe sterk deze ontwikkeling zich in de toekomst zal voortzetten als zij voornamelijk door de inflatie wordt bepaald.
  • De historische margeontwikkeling is minder geschikt als indicator voor de marge tijdens de claimperiode dan in het verleden het geval was. Zoals gezegd hangt dit sterk af van de mate waarin de ondernemer de inflatie aan de inkoopzijde ervaart en de mate waarin hij deze kan doorberekenen. De brutomarge kan daardoor sterk veranderen.
  • Bij de beoordeling of productieverlies binnen de verzekerde periode kan worden ingehaald, moet nu meer rekening worden gehouden met de mate waarin dit dan ook tegen dezelfde marge kan gebeuren. Als stijgende inkoopprijzen niet of onvoldoende kunnen worden doorberekend in de verkoopprijzen, is de marge tijdens de inhaalproductie lager dan wanneer de productie niet zou zijn stopgezet. Dan blijft er, ondanks de inhaalproductie, een margeverlies over.

Vooruitzichten

Actuele ontwikkelingen spelen een rol bij de verlenging van bedrijfsschadeverzekeringen. Meer dan ooit is specifieke aandacht nodig voor de verzekerde periode en de bepaling van het verzekerde bedrag. De meest gangbare verzekerde periode van 52 weken lijkt aan een stevige herziening toe. Nu de vaststelling van het verzekerbaar belang met meer onzekerheden is omgeven dan voorheen, kan worden overwogen het gebruikelijke percentage van 30% in de increase/decrease clausule te verhogen. Zie voor meer informatie onze website.

Back to Blog
Back to top